Door Sabina van der Veen, auteur van het proefschrift dat zij hieronder samenvat.
Besproken proefschrift
Sabina van der Veen (2024). Toward a paradigm shift in healthcare: A person-centred, integrated and community-based group intervention for people with physical and mental health conditions. AmsterdamUMC, locatie VUmc,
Doel van het promotieonderzoek
Dit proefschrift onderzoekt de theoretische kaders en effecten van de BigMove interventie voor mensen met een combinatie van fysieke en mentale aandoeningen en evalueert deze innovatieve benadering van persoonsgerichte, geïntegreerde en wijkgerichte zorg. Op verzoek van de redactie komt hieronder niet de onderzoeksmethodologie aan de orde. Daarvoor verwijs ik naar de dissertatie.
Inleiding
We worden steeds ouder maar we leven ook steeds vaker met meer dan één chronische aandoening, ofwel multimorbiditeit. Multimorbiditeit heeft een negatieve invloed op de kwaliteit van leven en is geassocieerd met een verhoogd risico op vroegtijdig overlijden, een toename van zorggebruik en stijgende kosten. Met name de co-existentie en interactie tussen fysieke en mentale aandoeningen worden in de huidige zorgpraktijk vaak over het hoofd gezien. Huidige zorgpaden en interventies zijn overwegend gericht op specifieke ziekten en diens symptomen en richten zich onvoldoende op de waarden en behoeften van mensen zelf. Een verschuiving van een focus van ziekte en zorg naar een focus op gezondheid en gedrag, kan een positieve invloed hebben op uitkomsten, die breder zijn dan alleen ziekte gerelateerde uitkomsten.
Een innovatieve persoonsgerichte, geïntegreerde en wijkgerichte interventie
Dit proefschrift onderzoekt de BigMove interventie voor mensen met zowel fysieke als mentale aandoeningen, gericht op het verbeteren van hun functioneren en kwaliteit van leven. De interventie is een voorbeeld van een persoonsgerichte aanpak, waarbij verschillende professionals samenwerken in de wijk. De basis voor deze aanpak werd gelegd door een huisarts en fysiotherapeute in Amsterdam- Venserpolder in 2003. Zij wilden mensen beter ondersteunen door hun functioneren te versterken en gedragsverandering stimuleren. Daartoe ontwikkelden ze een interventie en formuleerden ze een visie waarbij de nadruk in zorg en welzijn werd verlegd van ‘ziekte en zorg’ naar ‘gezondheid en gedrag’. Deze visie is inmiddels gemeengoed geworden en vormt de basis van vele beleidspublicaties in het Nederlandse gezondheidsbeleid, bij voorbeeld in het Integraal Zorgakkoord en in publicaties van de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving.
Twee theoretische kaders: de Internationale Classification of Functioning, Disability and Health (ICF) en de Capability Approach (CA)
In het proefschrift zijn twee theoretische kaders onderzocht die een belangrijke rol hebben gespeeld in de ontwikkeling van geïntegreerde en persoonsgerichte zorg, de Internationale Classification of Functioning, Disability and Health (ICF) en de Capability Approach (CA). De ICF is een classificatie waarmee het menselijke functioneren kan worden beschreven op het niveau van functies, activiteiten en participatie, inclusief omgevings- en persoonlijke factoren die het functioneren positief of negatief beïnvloeden. De CA is een benadering en stelt dat mensen de mogelijkheden moeten hebben om hun leven vorm te geven op een manier die zij waardevol achten. Het erkennen van het feit dat iedereen een uniek idee heeft van wat een waardevol leven inhoudt, en dat mensen de vrijheid moeten hebben om op basis daarvan keuzes te maken, vormt een belangrijke pijler van deze benadering.
Het onderzoek toont aan dat de zwaktes van beide kaders kunnen worden overwonnen door de kaders gezamenlijk in te zetten.
Een praktisch voorbeeld van het gezamenlijk gebruik van de twee benaderingen is gedemonstreerd aan de hand van een e-health applicatie die werd gebruikt in de BigMove interventie. De e-health applicatie, die alle ICF-categorieën omvatte, bood de deelnemers de mogelijkheid om het oordeel over hun functioneren zelf te registreren en beoordelen en op basis hiervan doelen en actieplannen te stellen. Het gezamenlijk gebruik van de kaders door middel van de applicatie biedt de mogelijkheid om de invloed en keuze van patiënten met betrekking tot hun functioneren te vergroten en hen een meer gelijkwaardige positie te geven met betrekking tot hun gezondheid en zorg. Tevens maakt het de evaluatie van functioneren en capaciteiten (capabilities) vanuit het perspectief van de persoon zelf mogelijk en biedt het een basis voor de registratie van het ervaren functioneren en de evaluatie van doelen voor onderzoek en kwaliteitsverbetering.
Essentiële elementen van de BigMove interventie
Deze interventie is ontwikkeld met als doel het functioneren, capaciteiten (capabilities) en de gezondheid en kwaliteit van leven van deelnemers te verbeteren. De BigMove interventie stelt op basis van het eigen oordeel over het functioneren deelnemers in staat zelfgekozen en waardegedreven keuzes te maken die het functioneren versterken. De interventie combineert individuele en groepssessies en omvat motiverende gespreksvoering, het stellen van doelen op basis van de ICF, cognitieve gedragstherapie, plezier, groepssteun en beweging. De individuele en groepssessies zijn ontworpen om deelnemers te activeren en gedragsverandering te veroorzaken. In de interventie wordt nauw samengewerkt tussen diverse professionals. Professionals in de interventie zijn getraind om samen met deelnemers het ervaren functioneren te onderzoeken, welke doelen zij willen bereiken ten aanzien van het functioneren en welke bijbehorende actieplannen passend en haalbaar zijn voor hen. De individuele en groepssessies zijn ontworpen om deelnemers te activeren, zowel op individueel niveau als groepsniveau.
Eerste evaluaties
Een evaluatie van de gegevens van deelnemers met betrekking tot het ervaren functioneren, doelen en bijbehorende actieplannen uit de eerdergenoemde e-health applicatie, zowel vóór als na een deelname van minimaal vier maanden aan de interventie, toonde aan dat het ervaren functioneren verschuift van overwegend negatief oordeel naar overwegend positief oordeel na de interventie. De focus van de actieplannen verschoof van meer specifieke kort termijnplannen naar meer algemene lange termijnplannen. De evaluatie toont aan dat de e-health applicatie kan worden gebruikt om het ervaren functioneren, doelen en actieplannen te registreren en veranderingen over tijd vast te leggen.
De effecten van de interventie zijn geëvalueerd aan de hand van drie door deelnemers gerapporteerde uitkomstmaten (ervaren gezondheid, kwaliteit van leven en actief coping-gedrag) en één door professional- beoordeelde uitkomstmaat met betrekking tot mentaal en sociaal functioneren. Alle uitkomstenmaten lieten een significante verbetering zien na deelname van ten minste vier maanden aan de interventie. Leeftijd en geslacht hadden geen invloed op de uitkomsten. De verbeteringen in de uitkomsten zijn overwegend klinisch relevant. De evaluatie wijst op een
positieve veranderingen in ervaren gezondheid, kwaliteit van leven, coping-gedrag en mentaal en sociaal functioneren voor de deelnemers geïncludeerd in deze studie.
Aanbevelingen
Professionals en organisaties dienen meer autonomie te krijgen om de zorg vorm te geven op basis van de waarden en doelstellingen van de patiënten, naast de evidence-based richtlijnen die noodzakelijk zijn voor het behandelen van ziekten. Het is van belang dat beleid zich niet alleen richt op de organisatie van de passende zorg, maar ook op uitkomsten die relevant zijn voor de personen die zorg ontvangen. Het gebruik van de ICF om het ervaren functioneren, doelen en actieplannen te beoordelen kan waardevolle inzichten opleveren voor de evaluatie van zorg en eveneens voor beleidsmakers om toekomstig beleid vorm te geven. Integratie van de ICF in de curricula van het zorg- en welzijnsonderwijs kan bijdragen aan een gedeeld begrip over het ervaren functioneren, de doelen en actieplannen van een individu en zo bijdragen aan het leveren van werkelijk persoonsgerichte zorg, en interdisciplinaire samenwerking tussen professionals te bevorderen.
Kortom
Dit proefschrift heeft bijgedragen aan de kennis over het ontwerpen en evalueren van een interventie voor mensen met multimorbiditeit. Het biedt een basis voor het ontwikkelen en evalueren van toekomstige persoonsgerichte interventies, gericht op het versterken van het ervaren functioneren, in theorie en praktijk.
Over de auteur
Sabina van der Veen werkt als postdoctoraal onderzoeker aan de Universiteit Leiden op de afdeling Gezondheid, Geneeskunde en Neuropsychologie. Ze is betrokken als (kwalitatief) onderzoeker en projectcoördinator bij het project ‘Don’t Be Late’, ‘Buurtgeluk’ in Deventer en bij het A-Proof consortium. De focus van haar werk ligt op het begrijpen en verbeteren van het ervaren functioneren en de kwaliteit van leven van mensen, waarbij ze de ICF en CA toepast als kaders van persoonsgerichte zorg.
Zoektermen op internet:
Sabina van der Veen, BigMove, proefschrift, patiëntaspecten, multimorbiditeit, e-health, persoonsgerichte aanpak