Door Joba van den Berg-Jansen, oud-CDA-Kamerlid en bedenker van de concepten regiobeelden en regioplannen.  

In Skipr was te lezen dat tijdens het debat over acute zorg op 3 april jl. minister Dijkstra niet tevreden is over de kwaliteit van de ROAZ-plannen acute zorg: Die moeten beter en scherper. Dat houden we scherp in de gaten in de komende maanden, want we moeten de vaart erin houden als het gaat om het IZA. Goed te lezen dat de minister dat vindt maar de vraag is wat de oorzaak is. Het antwoord is simpel: door gebrek aan regie en kaders stellen door VWS. Ernstig is dat de broodnodige transitie van de zorg hierdoor niet opschiet. Hieronder volgt een toelichting op dit antwoord. 

Transitie broodnodig om solidariteit te behouden 

Zorg moet beschikbaar, bereikbaar & betaalbaar zijn en blijven, ook voor toekomstige generaties. Maar deze staan alle drie nu onder druk. (Generieke) geneesmiddelen zijn frequent niet beschikbaar. Regelmatig is er discussie over het (gedeeltelijk) sluiten van huisartsenpost of spoedeisende hulp afdeling. En de zorg is met 25% intussen de grootste uitgavenpost op de Rijksbegroting terwijl de piek in de vergrijzing nog moet komen. Per volwassene besteden we nu al EURO 7145 per jaar aan zorg en dat is nog exclusief Jeugdzorg en WMO. 
 
Het zorgstelsel is gebaseerd op solidariteit: mensen die gezond zijn betalen voor hen die ziek zijn en mensen met een hoger inkomen voor hen met een lager inkomen. Die solidariteit wil je behouden want anders komt er tweedeling en is er alleen nog zorg voor mensen met een goede portemonnee. Terecht stelt de minister dat er dus vaart gehouden moet worden als het gaat om het realiseren van de doelen in het Integraal Zorg Akkoord. Iedereen beseft dat het anders moet, dat de zorg in transitie moet. Maar dat gaat met de huidige werkwijze niet gebeuren. 

Regiobeelden ratjetoe  

Om goede keuzes en regioplannen te maken, moet je eerst de feiten en (eenduidige) cijfers op een rij hebben. Moet je weten wat de zorgvraag en het zorgaanbod is. Want er zijn grote regionale verschillen. In Urk worden 18,3 kinderen per duizend inwoners geboren en in Bergen (L) 6,5. En het maakt nogal wat uit of je zorg moet organiseren in een stad met veel jonge studenten of in een regio die sterk aan het vergrijzen is met veel ouderen met chronische aandoeningen.  

Ik was dan ook verheugd dat een voorstel uit mijn initiatiefnota van januari 2019 Zorg in de regio werd opgepakt: het maken van regiobeelden. Maar helaas: weliswaar werden er landelijke criteria meegegeven (dus bijvoorbeeld: wat is de bevolkingsopbouw) maar er was geen eenduidig format en het werd overgelaten aan maar liefst 31 zorgkantoren. Dus de regiobeelden zijn een ratjetoe. Kijk hier en vergelijk er enkele. Daardoor zijn vergelijkingen zeer moeizaam zo niet onmogelijk. Benchmarking en daarmee leren van elkaar wordt in de praktijk daarmee uitgesloten. En dat heeft gevolgen voor de regioplannen. 
 

GIGO: garbage in, garbage out 

Bij een multinational waar ik jarenlang mocht werken leerde ik o.a. dat je voorstellen in maximaal twee A4’s moet kunnen verwoorden anders heb je je huiswerk niet goed gedaan.  
Zo herinner ik mij de doelstellingen voor de gehele Europese Supply Chain op 1 A4: van medewerker in fabriek of distributiecentrum tot senior vicepresident op het hoofdkantoor: het was voor iedereen kristalhelder welke vaardigheden moesten worden ontwikkeld en welke resultaten behaald. De regioplannen voldoen daar op geen enkele manier aan: 
Doordat de regiobeelden een ratjetoe zijn, zijn veel regioplannen ondermaats en missen iedere focus want garbage in betekent garbage out.  
 

In de regioplannen ontbreekt ieder houvast 

De regioplannen bevatten enkele tientallen pagina’s tot ver over de honderd. Regelmatig ontbreken startdata, einddata dan wel wie precies verantwoordelijk is. Opgaven, met sub-opgaven, wensen en ambities vliegen je om de oren maar iedere houvast ontbreekt. Ik onderbouw deze opinie met vijf observaties: 

  1. Slechts een enkeling beperkt zich tot beschrijving van duidelijke doelen.  
    Soms wordt alles over de heg gegooid, ik citeer: Geen activiteiten op ROAZ-niveau geformuleerd, activiteiten vinden in de zorgkantoorregio’s plaats. Dan wel zijn er geen eens basisgegevens, ik citeer: Acute psychiatrie: geen opgave van Regiobeeld. 
  1. Regelmatig wordt gesteld dat ICT c.q. gegevensuitwisseling c.q. uniforme werkwijzen c.q. inzicht in elkaars protocollen een belangrijke randvoorwaarde is om doelen te bereiken. Maar het is onduidelijk hoe daarvoor gezorgd gaat worden. En betekent dit dat doelen niet gehaald worden zonder realisatie van de randvoorwaarden? 
  1. Ook is een groot verschil in de mate waarin burgers worden betrokken. Sommige geven niets aan, sommige dat ze in gesprek willen gaan maar er zijn ook ROAZ-en die al de uitkomsten van een enquête als basis hebben.  
  1. En iedere regio bepaalt zelf of ze iets doen met goede ervaringen uit een andere regio. Zo zijn er goede resultaten in een pilot met de Trauma Triage App maar er is geen druk dat deze landelijk wordt geïmplementeerd. Steal with pride zouden de Engelsen zeggen. 
  1. Zoals bekend is zorg slechts beperkt bepalend voor de huidige gezondheidsverschillen. Als je in armoede leeft, overlijd je gemiddeld 7 tot 8 jaar eerder dan mensen met een hoog inkomen. En je wordt gemiddeld 25 jaar eerder ziek. Bijvoorbeeld door verhoogde risico’s op diabetes, longziekten, stress en depressie. Het is dus niet verrassend dat uit onderzoek blijkt dat patiënten met een lagere sociaaleconomische status (SES) een hoger zorggebruik hebben. Goede samenwerking met sociaal domein en aandacht voor welzijn zijn dus van belang. Dat is een factor waarover ik weinig heb teruggezien in de plannen terwijl die wel van grote invloed is om de zorg beschikbaar, bereikbaar & betaalbaar te houden.  

Not invented here syndroom en arbeidsmarkt 

Dat brengt ons op het volgende punt: de traagheid waarmee de zorg leert van anderen. Want hoewel arbeidsmarkt frequent als belangrijk aandachtspunt wordt genoemd, wordt daar niet naar gehandeld. Innovatieve oplossingen worden maar mondjesmaat toegepast want not invented here regeert: de idee dat als je iets niet zelf hebt bedacht, het niet goed kan zijn. De Trauma Triage App noemde ik net al als voorbeeld. Andere voorbeelden zijn:  

  • In mei 2022 verscheen het rapport: Uitweg uit de schaarste. Het grote personeelstekort in de zorg kan voor een groot deel opgelost worden met behulp van bestaande, medische technologie.  
  • In januari 2024 kwam het RIVM-rapport over wijkverpleging uit en de mogelijkheden van technologie.  

De NZA wees in januari 2023 ook op het belang van zorgtechnologie. Maar ook implementatie van bijvoorbeeld diverse beter-niet-doen-lijsten zoals die over verpleegkundigen en verzorgenden gaat buitengewoon traag. 

Conclusie 

Doordat er centraal geen richting wordt gegeven en er geen regie is, zijn de plannen op een enkele uitzondering na een document van veel onoverzichtelijke ambities, wensen, (sub)doelen, randvoorwaarden etc. die niet uitnodigen tot actie. De minister zal echt kaders en prioriteiten moeten stellen: een passende planning maken ter preventie van een povere prestatie.  
WAT er bereikt moet worden moet duidelijk zijn voor alle ruim 1,2 miljoen werkenden in de zorg en niet afhankelijk zijn van enkele wel of niet welwillende bestuurders. 
1. Adequate gegevensuitwisseling, 2. digitalisering (inclusief toepassen innovaties), 3. samenwerking, 4. eenduidig werken en 5. inzicht in elkaars capaciteit, zouden de vijf punten moeten zijn waaraan iedereen gaat werken. Dan kunnen er best verschillen zijn tussen ROAZ-en in het HOE en dat geeft dan weer mogelijkheden om van elkaar te leren. En zorg voor financiële sancties als de hakken in het zand worden gezet c.q. er wordt ‘gedifficulteerd’.  
 
Betrokkenen vanuit regionale samenwerkingsverbanden willen dat het ministerie van VWS een actievere rol inneemt bij projecten van regionale samenwerkingsverbanden, zo blijkt uit het rapport een ondernemend VWS. Het is te hopen dat dit snel wordt opgepakt. 

Over de auteur 

Joba van den Berg-Jansen was (met twee korte onderbrekingen) Tweede Kamerlid voor het CDA van maart 2017 tot december 2023 en woordvoerder medische zorg en Koninkrijksrelaties.  
Zij heeft diverse initiatiefnota’s gepubliceerd o.a. de nota Zorg in de regio over het belang van bereikbaarheid van zorg. Op dit moment is zij o.a. voorzitter Raad van Toezicht bij Pharmacon (CBD) en secretaris van het Nationaal Rampenfonds. 

Zoektermen op internet:

Joba van den Berg- Jansen, ziekenhuizen, eerstelijn, ROAZ, beschikbaar, bereikbaar, betaalbaar, regioplannen, VWS