Guus Schrijvers interviewt de zojuist gepromoveerde VNG-directeur Leonard Geluk.

GS: “Gefeliciteerd met je proefschrift over onderzoekscommissies bij zeven voorvallen van maatschappelijke organisaties die aandacht trokken van massamedia. Drie daarvan betroffen de zorg, te weten: Philadelphia (2008), Meavita (2009) en het Ruwaard van Putten Ziekenhuis (2013). Drie gingen over onderwijsorganisaties en één over een woningbouwvereniging. Elke casus onderzocht je met verschillende onderzoeksmethoden zoals diepte-interviews, documentenanalyses en raadpleging van externe experts. Elders in dit nummer komen de uitkomsten van je studie aan de orde. Nu stel ik alleen de vraag: gelden jouw aanbevelingen ter verhoging van de geloofwaardigheid van een commissie en de houdbaarheid van hun conclusies ook voor staatscommissies die adviseren aan regering en parlement?”

LG: “Dank voor het compliment. Het was een heel karwei en de dag van de promotie (redactie: 12 september) was prachtig. De onderzoekscommissies bij de zeven casussen hadden ook een element van rechtspraak. Hun constateringen en aanbevelingen hebben reputaties veranderd en carrières van bestuurders beïnvloed. Dat vereist grote zorgvuldigheid. Aan de andere kant heeft een staatscommissie grote invloed op standpuntbepaling van parlement, regering en andere instanties. Ook dat vereist grote zorgvuldigheid in samenstelling, opdrachtverlening, werkwijze en formuleringen in het eindrapport.”

GS: “Het Hoofdlijnenakkoord Ouderenzorg van 7 juli 2025 bepleit op gemiddeld elke derde pagina een staatscommissie voor de ouderenzorg. Het parlement heeft zich in 2023 al uitgesproken voor zo’n commissie. Is een staatscommissie voor de ouderenzorg inderdaad wenselijk?”

LG: “Ja absoluut. De opdracht van zo’n commissie zou het brede verhaal moeten omvatten over het leven van ouderen in de periode 2040 – 2060. Denk aan onderwerpen als: beschikbaarheid zorgprofessionals, beschikbaarheid geschikte woningen, opkomst hybride zorg, digitalisering, inkomen van ouderen, invloed van vergrijzing op zorgkosten, beschikbaarheid mantelzorg, terugdringen eenzaamheid en participatie aan het maatschappelijk leven.“

GS: “Dus geen enkel aspect wordt buitengesloten?”

LG: “Neen. Arbeidsmigratie van bijvoorbeeld verpleegkundigen uit landen zoals Polen of Filippijnen om voor Nederlandse ouderen te zorgen is geen structurele oplossing voor onze gezondheidszorg. Dat heeft de staatscommissie Demografie wel duidelijk gemaakt.” (Redactie: dit rapport heeft als titel Gematigde groei – rapport van de Staatscommissie Demografische Ontwikkelingen 2050. Het kwam uit in januari 2024 en telde 408 pagina’s. De regering verleende de opdracht in juli 2022)

GS: “De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid bracht in 2021 een advies uit van 414 pagina’s onder de titel Kiezen voor Houdbare Zorg (redactie: klik hier en hier). Ik citeer uit een persbericht van de regering : De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) concludeert in dit rapport dat de overheid scherpere keuzes moet maken om zo de toegankelijkheid en de kwaliteit van de zorg in de toekomst te blijven borgen. Hoe verhoudt dit advies zich tot dat van de staatscommissie waarover we het nu hebben?”

LG: “De staatscommissie zou de scherpere keuze moeten maken waarvoor de WRR in haar conclusies diverse opties aanreikt. De WRR koos niet voor een specifieke optie. Verder zou de staatscommissie gebruik moet maken van het nuttige werk dat de WRR al heeft verricht.”

GS: “In je proefschrift benadruk je de geloofwaardigheid van onderzoekscommissies. Die moet blijken uit onder meer hun brede samenstelling, een ruime taakstelling en hoor- en wederhoor in hun werkwijze. In de praktijk van de zeven casussen gingen commissies nogal eens in de fout. Hoe moet de Staatscommissie samengesteld zijn?”

LG: “Ik denk aan een samenstelling zoals voor de zware commissie over de wenselijke bevolkingsopbouw van Nederland. De samenstelling van deze staatscommissie was breed qua ideologie, expertisegebieden en ervaringsdeskundigheid. De leden luisterden goed naar elkaar. Dat is ook van belang voor de staatscommissie over het leven van ouderen in de periode 2040 -2060. Sommige experts, zo is mijn verwachting, kiezen voor een wijkaanpak van de zorg en andere benadrukken centralisatie van besluitvorming bij de overheid. Een commissie met leden die goed naar elkaar luisteren, oprecht geïnteresseerd zijn in elkaar en niet op voorhand een standpunt innemen of afwijzen, komt dan vanzelf tot houdbare conclusies die andere instanties gaan overnemen. Het rapport over demografische ontwikkeling, dat ik noemde, had daardoor ook invloed op de standpuntbepaling in het parlement.”

Ter afsluiting een persoonlijke vraag

GS: “ Je eigen proefschrift tel meer dan 600 pagina’s. Jij schreef dat in je eentje. De staatscommissie Demografie en de WRR vulden zo’n 400 pagina’s met hun eindrapport. Zij werkten met een heel team. Heb je nog een privé leven?”

Leonard Geluk reageert lachend: “Die vraag krijg ik vaker. Met het thuisfront gaat het goed. Ik was vroeger wethouder van Rotterdam. Toen was het pas echt druk.”

GS: “Dank voor het interview.” LG: “Graag gedaan.”

Zoektermen voor internet

Guus Schrijvers, Leonard Geluk, beleidsontwikkeling, proefschrift, staatscommissie, WRR, onderzoekscommissies